Instellingen van nabijheidspunten Met de instellingen van nabijheidspunten kunt u nabijheidswaarschuwingen inschakelen, plus waarschuwingstonen voor snelheid en nabijheid aanpassen voor aangepaste POI-sets en flitspalen. Als u de systeeminstellingen wilt wijzigen, selecteert u (Menu >) Instellingen > Nabijheidspunten. Aangepaste POI-sets - selecteer Ingeschakeld of Uitgeschakeld. Garmin-flitspaalinformatie - selecteer Ingeschakeld of Uitgeschakeld. Audiowaarschuwing - selecteer Enkele toon, Continu - snelheidswaarschuwingen (continue toon alleen voor snelheidswaarschuwingen) of Continu - alle waarschuwingen.