24 EN

SyPEKHOBBY

o

PE BES TE WŁNSEN MET SPE EL K AASTE W

Grotę witte kerstboomkaarten

(zie foto btz. 23)

Snijd een basiskaart van 17,5 x 12,S cm. Snijd hieruit een grotę kerstboom (9.5 cm). Plak een groene kerstboom (9,5 cm) precies in de uitsnijding op de rechter binnenkant van de basiskaart of beplak de rechter binnenzijde van de basiskaart met een dun groen velletje papier. Snijd met de cirkelsnijder cirkeltjes van 2 cm doorsnee (cirkelsnijder zo klein mogelijk) uit speelkaarten (kerstballen). Snijd ook eens een hartje of een klavertje uit. Ver-sier de binnenboom met een appeltje of de restanten van de plakletters die ach-terblijven op het stickervel.

Kaart links

Knip een paar blaadjes uit theezakjes (bij-voorbeeld aardbeienthee of frambozen-thee van D.E.) en plak ze half achter de kaartsymbolen op de uitstekende 'tak-ken’ van de kerstboom. Knip ais piek een rechthoekig kaartsymbooltje uit van 1 x 2,5 cm.

Kaart rechts

Maak een klein rond gaatje in de kerstballen, plak twee losse ballen tegen el-kaar, zodat ze ais ze draaien altijd een kaartsymbool te zien geven. Maak ook een klein cirkeltje in de punten van de takken van de kerstboom of ga gewoon met een naald en draad door de kerstballen en de boom. Knoop de ballen met een draadje vast. Zorg dat ze een beetje ‘los’ blijven hangen, want dat geeft een leuk effect.

Werk de kaarten verder af met ponsjes, sterren en een goede wens.

[25|

SUPIBH0B8Y

DC BESTE WIMStN MET SPŁELKAARTEN

W^arme tinten .

(zie foto biz. 26-27)

Snijd kaartjes van 12 x 12. Snijd uit de voorkant een vierkant van 8 cm. Uit deze vierkanten kunnen weer kleinere vier-kanten, sterren of cirkeltjes gesneden worden om een ‘diepte-effect’ te berei-

t ken.

Plak deze vierkanten in de contrasterend gekleurde kaart op de rechter binnenzij-de, precies in de grotę uitsnijding.

TYek met een goudpen grotę cirkeltjes, sterren. vierkanten of kerstbomen. Snijd uit kaartsymbolen cirkeltjes, sterren of vierkantjes. Plak ze in de getekende of uitgesneden cirkels, sterren of bomen.

i'

\

1

i

Zet een kadertje of een cirkeltje met een goudpen om de kaartsymbolen. Versier de kaarten tot slot met uit theezakjes ge-knipte D.E.-symbolen (perzikjes, kaneel-stokjes of citroenen uit de labeltjes, blaadjes van de aardbeien* en frambo-zenthee, groot kaneelstokje). Breng sterren en wensstickers aan en bewerk het geheel hier en daar met een glitterpen.

Ais variatie kan een uitgeknipte ster of vierkant nog door een ribbelapparaat ge-draaid worden voor het op de kaart ge-plakt wordt.

i