Nederlandse dialecten

background image

Nederlandse dialecten

1

Nederlandse dialecten

Met de Nederlandse dialecten worden in dit artikel dialecten die deel uitmaken van of verwant zijn aan de

Nederlandse taal en voor het grootste deel tevens in hetzelfde taalgebied als het Standaardnederlands worden

gesproken bedoeld. De in Nederland en Vlaanderen gesproken dialecten of streektalen zijn vaak weer onderverdeeld

in streek- en stadsdialecten, zoals: Hollands → Zuid-Hollands → Amsterdams

[1]

. De indelingen vallen niet met de

provinciegrenzen samen. Wel vormt in een aantal gevallen de provincie tevens de kern van een bepaald

streektaalgebied.

Indelingskaart

Op de kaart worden de traditionele groepen en afzonderlijke dialecten weergegeven voor zover ze ten westen van de

oostgrens van het Nederlandse taalgebied vallen. Er zijn echter dialectgroepen die deze oostgrens overschrijden. Zie

daarvoor de paragraaf 'Wat zijn Nederlandse dialecten?' met de kaart: Nederlandse dialecten en hun oostelijke

periferie.

Nederlandse dialecten

Legenda bij de indelingskaart

A. Zuidwestelijke groep

(Zeeuws/West-Vlaams)

1. West-Vlaams, inclusief

Frans-Vlaams en Zeeuws-Vlaams

2. Zeeuws

B. Noordwestelijke groep (Hollands)

3. Zuid-Hollands

4. Westhoeks

5. Waterlands* en Volendams*

6. Zaans*

7. Kennemerlands

8. West-Fries*

9. Bildts, Midslands, Stadsfries en

Amelands*

* De dialectgroepen aangeduid met een

asterisk worden weliswaar onder het

Hollands gerekend, maar hebben vanouds

een zeer sterk Fries substraat.

C. Noordoostelijke groep (Nedersaksisch)

10. Kollumerlands

11. Gronings en Noordenvelds

12. Stellingwerfs

13. Midden-Drents

14. Zuid-Drents

15. Twents

16. Twents-Graafschaps

background image

Nederlandse dialecten

2

17. Gelders-Overijssels (Achterhoeks) en Urks

18. Veluws

D. Noordelijk-centrale groep

19. Utrechts-Alblasserwaards

E. Zuidelijk-centrale groep in Nederland, België en (niet op de kaart aangegeven) in een aangrenzend deel van

Duitsland

20. Zuid-Gelders

21. Noord-Brabants en Noord-Limburgs

22. Brabants

23. Oost-Vlaams

F. Zuidoostelijke groep (Limburgs) in Nederland, België en (niet op de kaart aangegeven) in een aangrenzend deel

van Duitsland

24. Luiks-Limburgs, Centraal-Limburgs, Oost-Limburgs,

West-Limburgs, Zuidoost-Limburgs

Wat zijn Nederlandse dialecten?

Nederlandse dialecten en hun

oostelijke periferie

Het begrip Nederlands dialect is niet makkelijk te definiëren. Er zijn verschillende

definities mogelijk.

Verwantschap als criterium

Één mogelijk criterium zou het verwantschap tussen een dialect en een taal kunnen

zijn. Dit criterium leidt echter tot het volgende probleem: Nederduitse dialecten (in

Duitsland) en Oost-Nederlandse dialecten zijn erg nauw met elkaar verwant. Maar

men zou een Nederduits dialect niet Nederlands willen noemen, een

Oost-Nederlands dialect daarentegen wel, aldus de Nederlandse taalkundige Entjes.

Bovendien is het erg moeilijk de graad van verwantschap tussen dialecten

nauwkeurig vast te stellen.

[2]

De Belgische taalwetenschapper Guido Geerts laat zien welke problemen en

onzekerheden er kunnen ontstaan wanneer men het Nederlandse taalgebied niet aan

staatsgrenzen maar aan dialectkenmerken wil vastmaken. Bijvoorbeeld is het dialect

van Bentheim (Duitsland) dichter bij het Standaardnederlands dan het Maastrichts

of Hasselts. Omgekeerd overwegen in de dialecten ten Oosten van de Benrather

linie de Duitse kenmerken, bijvoorbeeld in het Kerkraads of het dialect van Vaals.

Er zijn echter ook kenmerken in de dialecten van Kerkrade en Aken die in het

Nederlands voorkomen maar niet in het Duits. Op een puur taalkundige basis is dus

niet te beoordelen of een grensdialect Nederlands of Duits genoemd moet worden.

Om deze reden ziet Geerts af van de taalkenmerken-definite.

[3]

Overkoepeling en verwantschap als criterium

background image

Nederlandse dialecten

3

De Belgische dialectoloog Jan Goossens heeft voorgesteld de graad van verwantschap te combineren met de

overkoepeling door de Nederlandse standaardtaal. Volgens dit gecombineerde criterium zijn dialecten Nederlands

die met het Nederlands verwant zijn en daar worden gesproken waar het Nederlands - en geen nauwer verwante taal

- de cultuurtaal is. De beperking geen nauwer verwante taal is nodig om de Friese en de Nederlandse dialecten uit

elkaar te kunnen houden. Goossens gaat ervan uit dat in het grootste gedeelte van de provincie Friesland het Fries de

cultuurtaal is (naast het Nederlands). Omdat de dialecten in Friesland nauwer met het Fries dan met het Nederlands

zijn verwant, zijn het dus Friese dialecten, geen Nederlandse. De Nederlandse dialecten in Frans-Vlaanderen (het

Frans-Vlaams) zouden volgens deze definitie echter geen Nederlandse dialecten zijn omdat daar het Nederlands geen

cultuurtaal is. Goossens merkt daarbij op dat zijn definitie niet puur linguïstisch maar eerder sociolinguïstisch is. Hij

betoogt dat men met een puur linguïstische definitie niet goed kan werken.

[2]

Indeling van de dialecten

De Nederlandse dialecten heeft men steeds weer anders ingedeeld. Het is gebleken dat een eenduidige indeling niet

makkelijk te vinden is.

Aan het einde van de 19de eeuw en in het begin van de 20e eeuw speelden de oude Germaanse stammen een

belangrijke rol bij het indelen van de dialecten. Zo kwam men tot de indeling in Frankische, Saksische en Friese

dialecten waarbij de onder-dialecten naar provincies werden vernoemd. Men begreep echter dat de dialectgrenzen

geen oude stammengrenzen zijn. Men bleef de oude begrippen Frankisch, Saksisch en Fries gebruiken maar men

zag ervan af de begrippen in verband te brengen met de oude Franken, Saksen en Friezen. Men gebruikte deze

begrippen slechts als namen in een grove indeling.

[2]

Later tekende men dialectkaarten op basis van isoglossen. Dat wil zeggen dat men bijvoorbeeld onderzocht in welke

streek een bepaalde klinker als één enkele klinker (monoftong) of als tweeklank werd uitgesproken, en men tekende

een grenslijn (isoglosse) tussen die twee gebieden. Die methode heeft echter het nadeel dat diegene die de kaart

tekent, zelf beslist welke taalverschillen belangrijk zijn en met isoglossen gemarkeerd worden en welke niet.

[2]

Een andere methode dialecten in te delen berust op de beoordeling van de sprekers zelf. Men vraagt dialectsprekers

welke andere dialecten op het eigen dialect lijken. Als de dialecten van twee plaatsen op elkaar lijken tekent men een

pijltje van de ene plaats naar de andere, daarvandaan de naam pijltjesmethode. Het is echter niet zeker of de zo

verkregen gegevens betrouwbaar zijn. In de praktijk moet de taalwetenschapper deze gegevens nog controleren, op

basis van eigen ervaringen of met de hulp van collega's.

[2]

background image

Nederlandse dialecten

4

Nederfrankisch spraakgebied (exclusief

Zuidoost-Limburgs).

West-Vlaams—Zeeuwse dialecten

West-Vlaams: België

Frans-Vlaams: Frankrijk

Zeeuws-Vlaams: Nederland

Zeeuws: Nederland

Hollands-Frankische dialecten

Hollands: Nederland

Zuid-Hollands

Amsterdams

Haags

Rotterdams

Noord-Hollands

Waterlands

Volendams

Zaans

Kennemerlands

West-Fries

Huizens

Bildts

Midslands

Stadsfries

Amelands

Westhoeks

Utrechts-Alblasserwaards

Centrale dialecten

Brabants: België en Nederland

Zuid-Gelders: Nederland; Kleverlands, Bergisch: Duitsland

Noord-Brabants: Nederland

Noord-Limburgs: Nederland

Antwerps

Zuid-Brabants

Leuvens

Oost-Vlaams: België

Aalsters

Limburgse dialecten

Limburgs: Nederland, België en Duitsland

Luik-Limburgs

Centraal Limburgs

Ostlimburgisch

Oost-Limburgs

West-Limburgs

Zuidoost-Limburgs

N.B. Scherpe grenzen tussen de Limburgse dialecten in Nederland en die in Duitsland zijn niet aan te wijzen. Er is

veeleer sprake van overgangsdialecten. De Limburgse dialecten worden door het Nederlands als daktaal overkoepeld

en soms zelfs gewoon als varianten van het Nederlands beschouwd. De doorgaans als Oost-Limburgs beschouwde

dialecten in Duitsland staan in taalkundig opzicht eveneens op een kleinere afstand tot de Nederlandse dan tot de

Duitse standaardtaal. Ze behoren immers ook tot het Nederfrankisch.

background image

Nederlandse dialecten

5

(Nederlandse) Nedersaksische dialecten

Nedersaksische taalvariëteiten in Nederland en Duitsland.

Kollumerlands

Gronings en Noord-Drents

Stellingwerfs

Midden-Drents

Zuid-Drents

Twents

Twents-Graafschaps

Gelders-Overijssels

Achterhoeks

Urks

Veluws

Duidelijke taalgrenzen tussen de

Nedersaksische dialecten in Nederland

en Duitsland zijn niet aan te wijzen.

Wanneer ze door het Nederlands als

daktaal worden overkoepeld worden ze

soms tot de Nederlandse dialecten

gerekend, hoewel het Nedersaksisch

sinds 1996 de status van

opzichzelfstaande taal heeft.

Niet continentale dialecten

Surinaams-Nederlands, Suriname

Antiliaans Nederlands, Nederlandse Antillen en Aruba

Pella-Nederlands

Afrikaans

Kaaps-Afrikaans

Oorlangs

Namibisch Afrikaans

Oranjerivier-Afrikaans

Oostgrens-Afrikaans

Situatie in Nederland

Zie ook: Nederlands in Nederland

Na de Tweede Wereldoorlog is de situatie van de Nederlandse dialecten sterk gewijzigd. Veel dialectologen stellen

vast dat de dialecten in bijna alle delen van Nederland door het Standaardnederlands worden teruggedrongen.

Eveneens oefent de standaardtaal een grote invloed uit op de dialecten. De lokale dialecten worden steeds meer door

regiolecten vervangen, dus door regionale omgangstalen, die zich tussen dialect en standaardtaal bevinden. Dit heeft

verschillende oorzaken:

het platteland wordt steeds stedelijker (verstedelijking)

• de bevolking wordt steeds mobieler, men heeft vaker werk en vriendenkring buiten het dorp

background image

Nederlandse dialecten

6

• de massamedia krijgen meer betekenis

• vrouwen gaan vaker werken, en daar gebruikt men eerder de standaardtaal dan het dialect

• de sociale mobiliteit (van beneden naar boven) werd makkelijker ook voor de bevolking van het platteland maar

de standaardtaal bleef noodzakelijk hiervoor

[4]

Op het platteland

In de 19e eeuw spraken de meeste mensen op het platteland bijna uitsluitend dialect ook al leerden ze in de school

het lezen en schrijven van de standaardtaal. In de 20e eeuw bestond er een diglossie (tweetaligheid), dat wil zeggen

dat dialect en standaardtaal naast elkaar existeerden. Daarbij hoorden ze tot verschillende bereiken van het leven en

hadden verschillende taken. Het dialectgebruik was gebonden aan de mondelinge communicatie, de standaardtaal

aan de schriftlijke.

[4]

In de steden

In de steden, zeker in de grotere steden, bestond er geen diglossie, dus geen taakverdeling van dialect en

standaardtaal maar eerder een concurrentie tussen die twee taalvormen. De standaardtaal had het hogere prestige. De

standaartaal was een teken voor het bereiken van een hogere maatschappelijke positie en tegelijkertijd de

voorwaarde hiervoor. De standaardtaal werd toonaangevend terwijl het dialect een kenmerk werd van de lagere

klasse. Op het platteland bestonden dialect en standaardtaal naast elkaar, in de steden boven elkaar. Dit leidde tot een

sterke invloed van de standaardtaal op de stadsdialecten.

[4]

Regiolecten

In de tijd na de Tweede Wereldoorlog ontstonden de regiolecten, die de dorpsdialecten steeds meer verdringen. De

taalverschillen zijn nu niet meer geografisch (dus tussen twee dorpen of streken) maar worden gedefinieerd aan de

hand van de afstand tot de standaardtaal. Sommige taalvormen zijn dichtbij de standaardtaal, andere ver ervan

verwijderd.

[4]

Opvoeding

Sinds het midden van de jaren 60 van de 20e eeuw proberen de meeste Nederlandse ouders met hun kinderen

Standaardnederlands te spreken om ze te behoeden voor vermeende of feitelijke nadelen. Wanneer de ouders de

standaardtaal echter niet voldoende beheersen, kan dit tot problemen leiden wanneer de kinderen die standaardtaal op

school moeten gebruiken. In sommige gemeentes zijn er om die reden pogingen gedaan in de school bijzondere

aandacht te besteden aan het dialect van de kinderen om een tweetaligheid (dialect en standaardtaal) op te bouwen of

te bewaren, bijvoorbeeld in Kerkrade.

[4]

Dialectrenaissance

Er is geen Nederlandse dialectrenaissance in de zin dat er weer meer dialect wordt gesproken (stand: 1992). De

dialectrenaissance moet tot dusver worden opgevat als een culturele opbloei van de dialecten, bijvoorbeeld in

streektaalmuziek en regiosoaps. Weliswaar zeggen veel Nederlanders dat men de dialecten zou moeten bewaren,

maar dit leidt er niet toe dat men meer dialect spreekt.

[4]

Invloed op het Standaardnederlands

De regiolecten van de Randstad oefenen een steeds grotere invloed uit op de gesproken standaardtaal. Regionale

taalvormen geraken vanuit de regiolecten in het gesproken Standaardnederlands van mensen uit de middenklasse en

bovenklasse. In Vlaanderen wordt deze vorm van het Standaardnederlands vaak bekritiseerd.

[4]

background image

Nederlandse dialecten

7

Situatie in België

Zie ook: Nederlands in België

Dialect en Standaardnederlands

In Vlaanderen bestond lange tijd geen Nederlandse cultuurtaal maar waren er slechts dialecten. Als cultuurtaal

fungeerde er het Frans. In de jaren 30 van de 20e eeuw werd in België de "dubbele eentaligheid" ingevoerd. Dit

betekende dat Vlaanderen het Nederlands als enige ambtelijke en schooltaal ging gebruiken en Wallonië het Frans.

Na de invoering van de "dubbele eentaligheid" begon de middenklasse in de Vlaamse steden het Nederlands als

cultuurtaal te gebruiken. Dit Standaardnederlands was echter beïnvloed door de dialecten omdat de dialecten een

belangrijke rol speelden. Bovendien klonk het zuidelijke Standaardnederlands ouderwetser en schrijftaliger dan het

Standaardnederlands in Nederland omdat veel sprekers het Standaardnederlands uit boeken leerden. Pas in de tweede

helft van de 20e eeuw werd het Standaardnederlands in heel Vlaanderen bekend (dus ook buiten de stedelijke

middenklasse). Dit betekende echter niet dat het Standaardnederlands ook algemeen wordt gebruikt. De Vlamingen

beheersen het Standaardnederlands gemiddeld niet zo zeker als de Nederlanders. In het dagelijks leven van de

meesten Vlamingen zijn de dialecten belangrijker dan het Standaardnederlands. Het Standaardnederlands is in

Vlaanderen ook sterker door de dialecten beïnvloed dan in Nederland. Tot in de vroege jaren 70 van de 20e eeuw

werd het Standaardnederlands door de meeste Vlamingen slechts zelden gesproken, alleen maar geschreven. Er was

dus een diglossie, een taakverdeling tussen dialect en Standaardnederlands.

[4]

Taalvormen

Sommige taalwetenschappers maken een onderscheid tussen vijf vormen van het Nederlands in Vlaanderen waarbij

er vloeiende grenzen tussen die taalvormen zijn:

• Dialect (A): Het "zuivere" dialect is in Vlaanderen niet beperkt tot het platteland en tot private situaties. De

meeste Vlamingen beheersen een dialect ook al gebruiken ze het niet altijd.

• Dialectvariant (B): Een dialectvariant is een dialect waarvan de klanken bewust zijn aangepast aan de

standaardtaal. Soms bevat het ook woorden uit de standaardtaal. Dialectsprekers die de standaardtaal niet

voldoende beheersen (bijvoorbeeld oudere mensen met een lage schoolopleiding) gebruiken deze taalvorm

wanneer ze met mensen willen spreken die het plaatselijke dialect niet verstaan.

• Regionale omgangstaal (C): De regionale omgangstaal is iets anders dan het regiolect in Nederland. De regionale

omgangstaal is een mengeling van Standaardnederlands en dialect. Ze wordt gebruikt in de bovenregionale

communicatie, ook in de stedelijke middenklasse, en ook door mensen met een hogere opleiding, maar slechts in

familiaire situaties.

• "Belgisch Beschaafd (Nederlands)" (D): Dit is een taalvorm die zich erg dicht bij het Standaardnederlands

bevindt. Deze taalvorm is in heel Vlaanderen gebruikelijk. Hij is niet alleen maar door de plaatselijke dialecten

beïnvloed. Buiten Brabant zijn er ook Brabantse regionale invloeden. Dit betekent dat Brabant in zekere mate

toonaangevend is in deze taalvorm. Andere kenteken zijn ouderwetse uitdrukkingen (archaïsmen), sporen van

Franse invloed (gallicismen) en purismen. Bovendien wordt deze taalvorm gekenmerkt door een fonetische

uitspraak en hypercorrecte vormen (dus het foutieve vermijden van vermeende dialectvormen). Ook mensen die

het "eigenlijke" Standaardnederlands beheersen gebruiken deze vorm in bepaalde situaties in plaats van het

Standaarnederlands, om geen geaffecteerde indruk te maken.

• Standaardnederlands (E): Het Standaardnederlands is in Vlaanderen hetzelfde als in Nederland, ondanks enkele

Belgische bijzonderheden. Op radio en televisie is dit de gebruikelijke taalvorm.

[4]

background image

Nederlandse dialecten

8

Houding tegenover de dialecten

Enquêtes in de jaren 70 van de 20e eeuw hebben laten zien dat de meeste Vlamingen het dialect niet geschikt achten

voor het gebruik in school en massamedia. Ongeveer de helft van de bevraagden acht het dialect geschikt voor de

communicatie tussen ouders en kinderen.

[4]

Beheersing van de dialecten

Eind jaren 70 werd er een enquête doorgevoerd aan alle Vlaamse universiteiten. Daarbij bleek: niet met dialect

opgegroeid waren

• 30% van de studenten uit Brabant

• 16% van de studenten uit Limburg

• 2% van de studenten uit West-Vlaanderen

[4]

Bij een enquête in de provincie West-Vlaanderen in het jaar 1987 zeiden 98% van de bevraagden dat ze geregeld

dialect spraken. Soortgelijke enquêtes in Brabant (1985) en Limburg (1987) toonden aan dat er in deze streken grote

verschillen waren bij de vragen hoe goed men het dialect beheerst, hoe vaak men het spreekt en hoe men het

emotioneel waardeert. Dit betekent dat de dialecten in West-Vlaanderen nog door een erg groot gedeelte van de

bevolking worden gebruikt terwijl in de andere streken bepaalde delen van de bevolking de voorkeur geven aan de

andere taalvormen.

[4]

Politieke grenzen en taalgrenzen

zie ook Taalpolitiek

Politieke en godsdienstige grenzen kunnen invloed hebben op de verspreiding van taalkenmerken.

Gete-linie, oude politieke grens

De Gete-linie, een isoglosse in het oosten van België, is tussen Halen (ten Oosten van Diest) en Zoutleeuw (ten

Oosten van Tienen) tevens de oude grens tussen het hertogdom Brabant enerzijds en het graafschap Loon en het

prinsbisdom Luik anderzijds. Ten oosten van deze dialectgrens liggen de plaatsen Donk, Rummen, Graze en

Binderveld, die vroeger bij Loon hoorden. Ten westen van deze dialectgrens liggen de plaatsen Halen, Geetbets,

Zoutleeuw en Melkwezer, die vroeger bij het hertogdom Brabant hoorden.

[3]

Zeeuws-Vlaanderen

Zeeuws-Vlaanderen is een gebied in het Zuiden van Zeeland, aan de benedenloop van de Schelde. Dit gebied was

tijdens de Tachtigjarige Oorlog fel omstreden en is meerdere malen van bezitter veranderd. Tijdens de oorlog werden

de dijken verwaarloosd of om strategische redenen doorstoken zodat dit gebied rond 1590 grotendeels onder water

was en gedeeltelijk ontvolkt. Het Westen van het gebied en het Land van Axel (in de gemeente Terneuzen) werden

vanuit Zeeland herbevolkt, namelijk met calvinistische bevolking. Het gebied rond Hulst (verder oostelijk) werd

vanuit het Waasland herbevolkt, dus vanuit het katholieke Oost-Vlaanderen. De hoger gelegen gebieden werden niet

overstroomd en bleven katholiek. Bovendien had de overstroming land weggespoeld en er waterarmen doen

ontstaan. De bevolkingsbewegingen, de godsdienstige tegenstellingen en de nieuw ontstane waterarmen leidden

ertoe dat in Zeeuws-Vlaanderen dialectgrenzen vaker dan elders met de staatsgrens samenvallen.

[5]

De katholieke plaatsen in Zeeuws-Vlaanderen, bijvoorbeeld Eede, Heille, Sint-Kruis en Biezenpolder, hadden veel

contact met het eveneens katholiek Oost-Vlaanderen. Door deze contacten zijn veel Franse begrippen in de

plaatselijke dialecten gekomen.

[3]

background image

Nederlandse dialecten

9

Brabantse expansie

Zie Brabantse expansie voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Er bestaat in Vlaanderen sinds enkele decennia het verschijnsel dat Brabantse woorden zich uitbreiden over de

andere Nederlandstalige provincies van België. Daarbij kunnen de Brabantse woorden ook Standaardnederlandse

woorden verdringen. Dit wordt dan de Brabantse expansie genoemd.

Voorbeeld: Limburgers, die van huis uit kapelaan zeggen, kunnen in hun Standaardnederlands het Brabantse woord

onderpastoor gebruiken ofschoon kapelaan in het Standaardnederlands wel gebruikelijk is.

[3]

Duits-Nederlandse grens

De tegenwoordige staatsgrens tussen Duitsland en Nederland was vroeger geen beduidende dialectgrens.

Dialectgrenzen in het Oost-Nederlandse-Westnederduitse gebied verliepen maar zelden langs de staatsgrens. In dit

gebied bestond er een Continentaal-Westgermaans dialectcontinuüm dat de Nederlandse en de Duitse dialecten

bevatte. Dit dialectcontinuüm begint langs de Nederlands-Duitse staatsgrens te eroderen.

Divergentie bij de grensdialecten

De Duitse taalwetenschapper Theodor Frings schreef al in 1926 dat de staatsgrens een dialectgrens aan het worden

was.

[6]

De taalwetenschapper Hermann Niebaum stelt vast dat het oude dialectcontinuüm langs de Eems, tussen de

Overijsselse Vecht en de Dollard, aan het oplossen is. Dit heeft verschillende redenen:

• steeds minder mensen in deze streken spreken dialect

• de dialecten worden steeds meer door hun respectievelijke standaardtalen beïnvloed

• bij de grensoverschrijdende communicatie worden steeds minder vaak dialecten en steeds vaker standaardtalen

gebruikt zodat de dialecten elkaar nauwelijks nog kunnen beïnvloeden.

[7]

Ook verder zuidelijk, in het gebied tussen de Vecht en de Nederrijn, zijn er soortgelijke ontwikkelingen.

Het Maas-Rijnlandse (Kleverlands-Limburgs-Nederrijnse) dialectcontinuüm

In het bijzonder bij de woordenschat is er

een duidelijke kloof ontstaan tussen de

Oost-Nederlandse en de West-Nederduitse

dialecten. Maar ook bij het

communicatiegedrag zijn er duidelijke

verschillen: aan de Nederlandse kant van de

grens beheerst men de dialecten beter en

gebruikt ze ook vaker dan aan de Duitse

kant van de grens.

[8]

De situatie dat de staatsgrens een

dialectgrens aan het worden is geldt ook

voor andere Nederlands-Duitse

grensstreken.

[9]

Dialectnivellering is een

wijdverbreid Europees verschijnsel. Dat

beschrijvingen van grensdialecten vaak een

retrospectief karakter hebben is

onvermijdelijk. Dit geldt bijvoorbeeld voor het Frans-Vlaams (zie hieronder) al veel langer en in nog sterkere mate.

Dialectologen leggen vaak noodgedwongen vast wat aan het verdwijnen is, dat is juist hun belang. En voor zover het

dialect al verdwenen is, is het dan toch historisch van belang geworden. Zie in dit verband het overzichtsartikel

Maas-Rijnlands en de daarmee samenhangende artikelenserie Het Limburgs taallandschap.

background image

Nederlandse dialecten

10

Belgisch-Nederlandse grens

Aan beide kanten van de staatsgrens tussen België en Nederland wordt dezelfde standaardtaal gebruikt. De dialecten

aan deze grens ondergaan dus ook de invloed van dezelfde standaardtaal.

Bij de dialecten ten Noorden en ten Zuiden van de staatsgrens zijn er enkele verschillen in alle deelgebieden van de

taal: klankleer, morfologie, zinsbouw en woordenschat. De overeenkomsten zijn echter duidelijk groter dan de

verschillen. Deze verschillen zijn het grootst bij woordenschat en gezegdes, bij morfologie en zinsbouw het kleinst.

Binnen de woordenschat zijn de verschillen groter bij de moderne vreemde woorden (uit de laatste 100 tot 150 jaar).

De dialecten ten Zuiden van de staatsgrens hebben hier vaker Franse woorden. De dialect verschillen bij de

staatsgrens zijn in de regio Vlaanderen en Brabant groter dan in de regio Limburg omdat de Belgisch-Nederlandse

grens die Limburg deelt pas rond 1830 tot stand kwam (Belgische Revolutie), terwijl de grens die Vlaanderen en

Brabant deelt al in 1648 (Vrede van Münster) werd vastgelegd. Er is geen dialectgrens die volledig op de staatsgrens

loopt. Soms loopt een dialectgrens dichtbij de staatsgrens, soms loopt hij op kleine afstand van de staatsgrens.

[5]

Frans-Vlaanderen

Frans-Vlaanderen is het noordelijke gedeelte van het département du Nord. Dit gebied hoort al sinds 1678 (Vrede

van Nijmegen) bij Frankrijk. In dit gebied spreken sommige mensen, in het bijzonder oudere mensen op het

platteland, een Nederlands dialect, het Frans-Vlaams. De staatsgrens tussen Frankrijk en België werd hier tot een

secundaire, dat wil zeggen tot een minder belangrijke dialectgrens. De eenvormigheid van het taalsysteem aan beide

kanten van de grens werd maar ten gedeeltelijk opgeheven, maar het isolement van de Vlaams-sprekers in

Noord-Frankrijk leidde ertoe dat er een nieuwe taalgemeenschap ontstond. Daardoor concentreren zich

dialectverschillen, in het bijzonder bij de woordenschat, steeds meer aan de staatsgrens. Daarbij zijn er de volgende

ontwikkelingen:

• Frans-Vlaanderen is afgesneden van de ontwikkelingen van het Nederlands in België en bewaart op die manier

zijn ouderwetse taalkenmerken.

• Bij een paar taalkenmerken kan dialectnivellering binnen Frans-Vlaanderen worden vastgesteld.

• In Frans-Vlaanderen maar niet in België is er een steeds grotere Franse invloed op de dialecten.

[10]

background image

Nederlandse dialecten

11

Dialecten tegenover het Standaard-Nederlands

Taalafstand tussen de Nederlandse dialecten en de standaardtaal

Veel dialecten groeien als gevolg van

dialectnivellering steeds meer toe naar

het Standaardnederlands (of Algemeen

Nederlands, "ABN"). Wanneer men

het Haarlems neemt als norm voor

Standaardnederlands - iets dat

natuurlijk altijd tot op zekere hoogte

een kunstmatige afbakening blijft - dan

blijkt uit onderzoek dat de

West-Vlaamse en Groningse (en

eventueel de Limburgse, zo men dit als

vormen van Nederlands wil

beschouwen) dialecten hier het meest

van afwijken.

Op de afbeelding hiernaast is het

Nederlands ingedeeld op basis van de

Feature Frequentie methode

[11]

. Deze

methode berekent de afstand van

verschillende dialecten tot het

Standaard-Nederlands. Dit heeft men

gedaan door mensen te vragen om

Nederlandse zinnen naar hun eigen dialect te vertalen. Deze zinnen zijn onderzocht op spelling, grammatica,

uitspraak en andere onderdelen van taal. Vervolgens zijn deze onderdelen door een computerprogramma per dialect

met het Standaard-Nederlands vergeleken.

Het dialect dat gesproken wordt in Haarlem lijkt het meest op het Standaard-Nederlands en het dialect dat in

Kerkrade wordt gesproken lijkt het minst op het Nederlands. Het Afrikaans, dat gesproken wordt in Zuid-Afrika en

Namibië en wordt erkend als aparte (dochter)taal naast het Nederlands, staat dichterbij het Standaard-Nederlands dan

menig Nederlands dialect.

1.

Standaardnederlands

2.

Haarlem

3.

Bodegraven

4.

Barendrecht

5.

Heerhugowaard

6.

Enkhuizen

7.

Houten

8.

Sprundel*

9.

Kaprijke

10.

Valkenswaard

11.

Zoersel

12.

Arnemuiden

13.

Zetten

14.

Kleef**

14.

Oostakker**

15.

Barneveld

16.

Ingooigem

17.

Westerhoven

18.

Geffen

19.

Damme

20.

Harlingen

21.

Markelo

22.

Weskus

23.

Middelburg

24.

Dokkum**

24.

Geraardsbergen**

24.

Windhoek**

25.

Tubbergen

26.

Bolsward

27.

Genemuiden

28.

Grouw

29.

Holwerd*

30.

Beilen

31.

Schaffen

32.

Oldeberkoop*

33.

Bree

34.

Muizen

35.

Stadskanaal

36.

Warffum

37.

Duinkerke

38.

Venray

39.

Maastricht

40.

Tienen

41.

Kerkrade

(*) Deze plaatsen staan niet met een nummer op de kaart; deze nummers ontbreken op de kaart.

(**) Deze dialecten delen samen één plaats. Dit betekent dat deze dialecten onderling even ver van het

Standaardnederlands staan. Let op: deze dialecten zijn niet hetzelfde!

background image

Nederlandse dialecten

12

In het computerprogramma heeft men het Nederlands gesproken op de Nederlandse Antillen, in Suriname en

Indonesië niet meegenomen. Van deze delen van het Nederlands is de ontwikkeling gestagneerd, zoals in Indonesië,

of de gebruikers zijn te sterk afhankelijk van het Nederlands uit Europa, zoals in Suriname en de Antillen.

Bronnen

[1] Taalkundig valt het Amsterdams onder het Zuid-Hollands

[2] H. Entjes, Dialecten in Nederland, Knoop & Niemeijer, Haren (Gn) 1974, ISBN 90-6148-258-5

[3] Guido Geerts, "Voorlopers en varianten van het Nederlands", Leuven, Uitgeverij Acco, 4. druk

[4] Herman Vekeman en Andreas Ecke, "Geschichte der niederländischen Sprache", Bern 1992, ISBN 3-906750-37-X

[5] Johan Taeldeman, "Ist die belgisch-niederländische Staatsgrenze auch eine Dialektgrenze?"; in: Hermann Niebaum und Ludger Kremer,

"Grenzdialekte", Hildesheim 1990, Olms-Verlag, ISBN 3-487-09474-6 (=Germanistische Linguistik 101-103 1990); p. 275-314

[6] Georg Cornelissen, "De dialecten in de Duits-Nederlandse Roerstreek - grensdialectologisch bekeken" (=Mededelingen van de Vereniging

voor Limburgse Dialect- en Naamkunde, Nr. 83). Hasselt 1995; aangehaald volgens: http:/

/

www.

dbnl.

org/

tekst/

corn022dial01_01/

index.

htm (18.03.2007)

[7] Hermann Niebaum, "Staatsgrenze als Bruchstelle? Die Grenzdialekte zwischen Dollart und Vechtegebiet"; in: Hermann Niebaum und Ludger

Kremer, "Grenzdialekte", Hildesheim 1990, Olms-Verlag, ISBN 3-487-09474-6 (=Germanistische Linguistik 101-103 1990); p. 49-83

[8] Ludger Kremer, "Kontinuum oder Bruchstelle? Zur Entwicklung der Grenzdialekte zwischen Vechtegebiet und Niederrhein"; in: Hermann

Niebaum und Ludger Kremer, "Grenzdialekte", Hildesheim 1990, Olms-Verlag, ISBN 3-487-09474-6 (=Germanistische Linguistik 101-103

1990); p. 85-123

[9] J. Goossens, Die Herausbildung der deutsch-niederländischen Sprachgrenze Ergebnisse und Desiderate der Forschung (Mededelingen van

de Vereniging voor Limburgse Dialect- en Naamkunde, Nr. 29). Hasselt 1984; aangehaald volgens: http:/

/

www.

dbnl.

org/

tekst/

goos003dieh01_01/

index.

htm (18.03.2007)

[10] Hugo Ryckeboer, "Jenseits der belgisch-französischen Grenze: der Überrest des westlichsten Kontinentalgermanischen"; in: Hermann

Niebaum und Ludger Kremer, "Grenzdialekte", Hildesheim 1990, Olms-Verlag, ISBN 3-487-09474-6 (=Germanistische Linguistik 101-103

1990); p. 241-271

[11] Hoppenbrouwers, C. & G. (1988). De featurefrequentiemethode en de classificatie van Nederlandse dialecten. Tabu 18, p. 51-92.

background image

Paginabronnen en auteurs

13

Paginabronnen en auteurs

Nederlandse dialecten  Bron: http://nl.wikipedia.org/w/index.php?oldid=27120498  Auteurs: AJW, Aaluka, Advance, Afhaalchinees, Algont, Atalanta, Brimz, Ckiki lwai, Clockwork Orange,
Cvrolijk, Dartelaar, De Wikischim, Dolfy, DéRahier, Eezie, ErikWarmelink, Et Mikkel, Flyingbird, Hans Erren, Heureka, I90Christian, Japiot, Jeroen, Ken123, Le Fou, LimoWreck, MWAK,
MaEr, Maniago, MoiraMoira, Ni'jluuseger, Notum-sit, Ouddorp, Qwertyus, Richardw, Robert, Romaine, Sarcelles, Taalvos, Tdevries, Vels, Xavierob, 21 anonieme bewerkingen

Afbeeldingsbronnen, licenties en bijdragers

Bestand:Dutch-dialects.svg  Bron: http://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Bestand:Dutch-dialects.svg  Licentie: Creative Commons Attribution-Sharealike 3.0,2.5,2.0,1.0  Auteurs: Jeroenvrp

Bestand:Niederländische Dialekte.png  Bron: http://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Bestand:Niederländische_Dialekte.png  Licentie: Public Domain  Auteurs: Original uploader was Et
Mikkel at de.wikipedia (Original text : Mikkel 15:28, 9. Mär. 2008 (CET))

Bestand:Niederfränkisches Mundartgebiet cropped-nl.png  Bron: http://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Bestand:Niederfränkisches_Mundartgebiet_cropped-nl.png  Licentie: Public
Domain  Auteurs: Original uploader was Gpvos at nl.wikipedia

Bestand:Low Saxon language area.png  Bron: http://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Bestand:Low_Saxon_language_area.png  Licentie: Public Domain  Auteurs: Postmann Michael

Bestand:Meuse-Rhenish-nl.png  Bron: http://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Bestand:Meuse-Rhenish-nl.png  Licentie: Creative Commons Attribution 3.0  Auteurs: Meuse-Rhenish-ru.png:
Koryakov Yuri derivative work: Hans Erren (talk)

Bestand:Taalafstanden.jpg  Bron: http://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Bestand:Taalafstanden.jpg  Licentie: Public Domain  Auteurs: Original uploader was Clockwork Orange at
nl.wikipedia

Bestand:Flag of the Netherlands.svg  Bron: http://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Bestand:Flag_of_the_Netherlands.svg  Licentie: Public Domain  Auteurs: Zscout370

Bestand:Flag of Flanders.svg  Bron: http://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Bestand:Flag_of_Flanders.svg  Licentie: Public Domain  Auteurs: Cycn, Dinsdagskind, Foroa, Fry1989, J. Patrick
Fischer, Juiced lemon, Leit, LimoWreck, Lokal Profil, Mattes, Mbch331, Mutxamel, Phlegmatic, Wester, 1 anonieme bewerkingen

Bestand:Flag of Germany.svg  Bron: http://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Bestand:Flag_of_Germany.svg  Licentie: Public Domain  Auteurs: User:Madden, User:Pumbaa80, User:SKopp

Bestand:Flag of South Africa.svg  Bron: http://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Bestand:Flag_of_South_Africa.svg  Licentie: onbekend  Auteurs: Adriaan, Anime Addict AA, AnonMoos,
BRUTE, Daemonic Kangaroo, Dnik, Duduziq, Dzordzm, Fry1989, Homo lupus, Jappalang, Juliancolton, Kam Solusar, Klemen Kocjancic, Klymene, Lexxyy, Mahahahaneapneap, Manuelt15,
Moviedefender, NeverDoING, Ninane, Poznaniak, Przemub, SKopp, ThePCKid, ThomasPusch, Tvdm, Ultratomio, Vzb83, Zscout370, 34 anonieme bewerkingen

Bestand:Flag of Namibia.svg  Bron: http://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Bestand:Flag_of_Namibia.svg  Licentie: Public Domain  Auteurs: User:Vzb83

Bestand:Flag of France.svg  Bron: http://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Bestand:Flag_of_France.svg  Licentie: Public Domain  Auteurs: User:SKopp, User:SKopp, User:SKopp,
User:SKopp, User:SKopp, User:SKopp

Licentie

Creative Commons Attribution-Share Alike 3.0 Unported
//creativecommons.org/licenses/by-sa/3.0/


Document Outline


Wyszukiwarka

Podobne podstrony:
25 Dialecten van het Nederlands slajdy
Nederlands leer je zo ! Les(
Nederlands leer je zo ! Les
23 SS Freiwillingen Panzergrenadier Division Nederland
13 ? nederlandse briefromanid447
NEDERLAND MOEDERDAG IN NEDERLAND
NEDERLAND HOOGSTE GEBOUW IN NEDERLAND
Nederlands leer je zo ! Les
14 ? nederlandse briefromanid242
NEDERLANDSE TAAL
Nederlands leer je zo ! Les4
NEDERLAND WONEN IN NEDERLAND
Nederlands leer je zo ! Les
13 Nederlands met een kleurtje Suriname
Nederlandse literatuurgeschiedenis 1800 2012
19 Nederlands in de wereld 2011 Nieznany
34 News Brusselse kelners oefenen Nederlands via sms
NEDERLAND IMMIGRATIE

więcej podobnych podstron