Jan van der Noot


Jan van der Noot

Jonker Jan Baptista van der Noot (Brecht, omstreeks 1539 - Antwerpen, na 1595) was een Zuid-Nederlands dichter. Hij was de voornaamste vroeg-renaissancistische dichter uit de Nederlanden.

Leven en werk

Jeugd en Antwerpse periode

Van der Noot was de jongste zoon van ridder Adriaan van der Noot, schout van Brecht en oud-schepen van Antwerpen. Na de dood van zijn ouders vestigde Van der Noot zich in Antwerpen waar hij in 1562 schepen werd. In 1565 werd hij nogmaals schepen in de stad.

Van der Noot begon met het schrijven van Franse en Nederlandse verzen waarbij de invloed van de Pléiade-dichters zoals Pierre de Ronsard en Joachim du Bellay duidelijk was. In maart 1567 nam hij als calvinistisch voorman deel aan het revolutionaire oproer met de hoop om markgraaf van Antwerpen te kunnen volgen. De opstand mislukte en Van der Noot vluchtte naar Londen na eerst zijn huis te hebben verkocht.

Londense periode

In Londen verscheen in 1568 Het Theatre oft Too-neel dat eveneens in het Frans en in het Engels verscheen. Het werk bevatte een aantal korte gedichten, deels vertalingen van werk van Francesco Petrarca en Du Bellay en deels eigen allegorische gedichten, voorzien van prozacommentaar waarin de Rooms-katholieke Kerk sterk werd aangevallen.

Het tweede werk dat in Londen verscheen was Het Bosken in 1570. De titel was geïnspireerd op Le Bocage van Pierre de Ronsard uit 1554. Het werk bevatte jeugdpoëzie van Van der Noot en was de eerste volwaardige renaissancistische dichtbundel in het Nederlands in de Nederlanden.

Ondertussen was Van der Noot op 15 februari 1570 door toedoen van de hertog van Alva wegens zijn calvinistische sympathieën veroordeeld tot levenslange verbanning uit de Zuidelijke Nederlanden.

Duitse periode

Van der Noot reisde in 1571 naar Duitsland waar hij vertoefde in het Hertogdom Kleef en het Rijnland. Van der Noot publiceerde er de Duitse vertaling van Het Theatre oft Too-neel (1572) onder de titel Theatrum das ist Schawplatz. Ondertussen had hij zich terug bekeerd tot de Rooms-katholieke kerk en waren in de Duitse vertaling de aanvallen tegen de Kerk vervangen door aanvallen tegen de duivel.

In 1576 publiceerde Van der Noot in Keulen Das Buch Extasis, een epos in renaissancistische stijl ter ere van Olympia.

Ontmoeting met de Pléiade-schrijvers

In de zomer van 1578 verbleef Van der Noot een tijdje in Parijs waar hij een aantal ontmoetingen had met Pléiade-dichters zoals Pierre de Ronsard. Na de zomer keerde hij terug naar Antwerpen nadat hij door de Pacificatie van Gent in ere werd hersteld.

Terug in Antwerpen

In 1579 verscheen in Antwerpen een Nederlandse en Franse verkorte vertaling van Das Buch Extasis onder de titel Cort Begrijp der XII. Boecken Olympiades/Abregé des douze livres Olympiades. Het daaropvolgende jaar verscheen Lofsang van Braband/ Hymne de Braband, opgedragen aan de Staten van Brabant met als verzoek om Van der Noot als officieel dichter te benoemen. Vanaf dan kreeg hij een vergoeding en werd hij broodschrijver. Tussen 1580 en 1595 verschenen telkens Poeticsche werken, een verzameling weinig originele, eentonige bundels die telkens aan andere personen waren opgedragen.

Belang van Van der Noot

Van der Noot was na de rederijkers de eerste renaissancedichter die een hoge opvatting had over poëzie. In navolging van Petrarca en de Pléiade-dichters zoals De Ronsard liet hij in zijn werken een grondige kennis van de oudheid en de mythologie blijken. Van der Noot introduceerde het epos en het sonnet in de Nederlandse letterkunde.

Het Bosken, Van der Noots oudste dichtwerk, is ook zijn bekendste. De gedichten zijn grotendeels in Antwerpen geschreven, maar in ballingschap in Londen uitgegeven rond 1570. De titel is gebaseerd op Le Bocage van de door Van der Noot bewonderde De Ronsard. Het Bosken is een bundeling van diverse versvormen, zoals sonnet, ode en bruiloftslied en wordt afgesloten door een aantal psalmberijmingen. Later geschreven, maar eerder verschijnt Van der Noots Het Theatre oft Toon-neel (1568), dat bestaat uit een aantal, soms het katholicisme hekelende gedichten en een prozatekst, waarin hij het vergankelijke van het alledaagse plaatst tegenover de eeuwige onvergankelijkheid van het hemelse rijk. Tijdens zijn Duitse verblijf (Kleve, Keulen) schrijft Van der Noot voornamelijk episch werk. Eenmaal teruggekeerd in Antwerpen publiceert hij veel in opdrachten geschreven redevoeringen en gedichten, waarvan een aantal is verzameld in Lofzang van Brabant.

Renaissance-dichter

Het werk van Jonker Jan van der Noot is sterk beïnvloed door Franse-Pleïade dichters als De Ronsard en Du Bellay, die hij tijdens zijn verblijf in Parijs ook persoonlijk leert kennen. Van der Noot dicht in alexandrijnen (zesvoetige jamben) en introduceert het sonnet in de Nederlandstalige literatuur, een versvorm die na hem door dichters als Huygens en Cats verfijnd zal worden. Van der Noot is dankzij zijn scholing vertrouwd met klassieke teksten en de mythologie. Dat blijkt uit zijn hele werk. In zijn Olympias (1579) probeert hij zijn eigen leven op een epos-achtige manier te beschrijven. Ook in dat opzicht is hij schatplichtig aan internationale voorbeelden (Dante en Petrarca), maar in onze literatuur is hij met zijn geschriften een voorloper en wegbereider.

Waardering

Het Bosken is een ijkpunt in de literatuurgeschiedenis, omdat Van der Noot daarin diverse nieuwe versvormen (sonnetten, oden) introduceert. Hij is bij zijn Antwerpse stadgenoten gezien en populair, omdat hij in korte tijd teksten kan produceren. Van der Noot beschouwt zichzelf als een groot en vooraanstaand dichter. Als men er geleidelijk aan achterkomt dat veel van zijn werk gebaseerd is op vertalingen, besmeurt dat zijn blazoen. Ook bij de `grote' zeventiende eeuwers, wordt hij niet hoog geschat. In de moderne tijd is het Albert Verwey die in 1895 een door hem ingeleide bundel Gedichten uitgeeft. Van der Noot is naar de huidige opvattingen vooral een overgangsfiguur tussen de late Middeleeuwen en de Renaissance, waarin op een steeds verfijndere manier, literatuur wordt bedreven.

Motto

Het motto van Jan van der Noot Tempera te tempori (Schik u naar de tijd) is wel heel toepasselijk. Hij voelt de tijdgeest goed aan en weet als het moet snel van opvattingen te veranderen. Na zijn terugkeer in Antwerpen wordt hij door de Staten van Brabant benoemd als officieel staatsdichter. Tussen 1580 en 1595 verschijnen zijn Poetische Werken, bundels met in opdracht geschreven verzen, die nogal eentonig van aard zijn.

1



Wyszukiwarka

Podobne podstrony:
Jawa, wyspa milosci Van der Zee Karen
Jan Van Helsing Genesis, Teatr Bogów
9 Zee van der Karen Jawa, wyspa milosci
031 Zee Karen van der Przygoda w tropikach
009 Romantyczne podróże Zee van der Karen Jawa, wyspa milosci
0635 Zee Karen van der Muzyka nocy
Nuestro Circulo 405 Antonius Van der Linde
Fenomenologia wg van Der Leeuwa
Jan van Eyck
Rogier van der Weyden Sąd Ostateczny(1)
Weyden Rogier van der Zdjęcie z krzyża
van der Does J J , Terapeutyczna Rodzina Zastepcza
Jan van Eyck
Rozmowy ze śmiercią Jan van Helsing
Wiązania wodorowe, metaliczne i siły Van der Waalsa
Gerardus van der Leeuw Święta gra
Karen van der Zee Fancy Free [HP 982, MB 2614] (docx)

więcej podobnych podstron