JOOST VAN DEN VONDEL EN ZIJN EMBLEMATISCHE WERKEN
Joost van den Vondel
geboren:17 november 1587 te Keulen
overleden: 5 februari 1679 te Amsterdam
zoon van de doopsgezinde: Joost van den Vondel en Sara Cranen (vertrokken uit Antwerpen in 1582)
in 1595 verliet de familie Keulen en ging naar Utrecht
In maart 1597 vestigde Joost sr. zich met zijn gezin in Amsterdam
vanaf 1606: Vondel - lid van de Brabantse rederijkerskamer ''t Wit Lavendel`
Vondel ging Latijn en Grieks leren. Hij ontsteeg de rederijkers en kwam in contact met de Muiderkring
In 1641 ging hij over tot het katholieke geloof
Vondel was bevriend met o.a. Hooft, Hugo de Groot
Zijn vroegste werk was veelal politiek van aard, later werk is meer religieus gericht
Terugkerende thema's: het conflict tussen goed en kwaad, tussen geloof en ongeloof, het vergankelijke aardse en het eeuwige goddelijke
Werk:
Poëzie:
Den Gulden Winckel der Konstlievende Nederlanders (1613)
Vorstelijcke warande der dieren (1617)
2) Toneel:
Het Pascha ofte de Verlossing Israels wt Egypten (1610)
Gijsbrecht van Aemstel (1637)
Gebroeders (1640)
Maria Stuart of Gemartelde Majesteit (1646)
Leeuwendalers, lantspel (1647)
Salomon(1648)
Lucifer (1654)
3) Vertalingen:
- werken van o.m. Seneca, Ovidius, Vergilius, Sophocles, Euripides e.a.
I VORSTELICKE WARANDE DER DIEREN
1. HET ONSTAAN VAN DE BUNDEL
Het boek: vertaling uit het Frans naar Esbatement moral des animaux, uitgegeven te Antwerpen in 1578 door Philippe Galle
Deze uitgever heeft er waarschijnlijk zelf de Fransche versjes voor gemaakt bij de reeds in 1567 met Nederlandse tekst van Edewaert de Dene uitgekomen aardige plaatjes van Marcus Gheraerts.
De titel van het werk van de Dene: De Warachtighe Fabvlen der dieren.
Vondel voorzag die plaatjes, in aansluiting aan de Franse tekst, van Nederlandse bijschriften
De Nederlandse subscriptio's gemaakt naar de wijze van de Franse dichtmaat
Vondel voeg in het begin inleiding - blijkbaar een beschrijving van één toen in Amsterdam bestaande doolhoven: tuinen van publieke vermakelijkheid, waarin ook allerlei vreemde dieren te zien waren
De eerste uitgave: Vorsteliicke Warande der dieren - Amsterdam 1617 bij Dirck Pietersz. - bevat 125 emblemata
DE OPBOUW VAN HET EMBLEEM
Op elke linker-pagina
1) Het nummer van het embleem ( in Arabische cijfers) en de titel van de pictura
2) De pictura
3) Het onderschrift in proza - een voorbeeld uit de oude geschiedenis
Op elke rechter-pagina
1) Het nummer van het embleem
2) De Nederlandse subscriptio
DE TITELPAGINA UIT 1617
EMBL.7: De vos en de kraen.
EMBL. 62: Chamaeleon
EMBL. 68: Huys-Ratte en Oester.
EMBL. 123: De vogel Phoenix.
II Den Gulden Winckel der Konstlievende Nederlanders
HET ONTSTAAN VAN DE BUNDEL
De eerste uitgave: 1613 : Den gulden winckel der konstlievende Nederlanders
een bundel met afbeeldingen die op anekdotische wijze morele lessen gaf aan de hand van verhalen uit de mythologie en de geschiedenis
Oorspronkelijk: Latijnse bundel
De platen: dateerden al uit de zestiende eeuw
de Nederlandse vertaling van 1584 was al enigszins verouderd
Daarom: uitgever Dirck Pieterszoon Pers vroeg Vondel de platen te voorzien van nieuwe bijschriften.
Onder Vondels hand kreeg het boek de vorm van een embleembundel, waarbij de afbeelding, de verklarende tekst en het kortere motto ook op een meer symbolische manier gelezen konden worden.
De bundel was daarmee geheel volgens het renaissancistische principe van ter lering en vermaak.
DE OPBOUW VAN HET EMBLEEM - in totaal 74 emblemen
Op elke linker-pagina:
Tweeregelige titel van de pictura
De pictura
Het motto - meestal citaat uit de Bijbel: brieven van de apostelen en evangeliën
Op elke rechter-pagina:
Het nummer van het embleem
De subscriptio in het Nederlands
DE TITELPAGINA UIT 1613
EMBL. XLV: Ziet hoe den Philosooph' zijn eygen Tongh afsnijdet,
Op dat hy zwijgen leere, en't ijdel spreken mijdet.
Proverb. 21.
Die zijnen mond behoed, en zijne Tongh bewaert,
Diens Ziele niet met anxst noch droefheyd wert bezwaert.