Daniël Heinsius
De geschiedenis van het ontstaan Het ambacht van Cupido
Liefdesemblematiek
1. Het ontstaan van het genre en zijn karakter
dit subgenre was een typisch Nederlands verschijnsel
de Nederlanders maakten als eersten erotische emblemata
het genre ontstond ca. 1600
zijn bloeitijd bereikte het tot ca. 1620
het ontstond in het centrum van het laat 16e- eeuwse humanisme dat zich in het dynamische milieu van de internationaal georiënteerde Leidse universiteit ontwikkelde.
De basis van het genre gevormd in de kring van een Latijnse dichter en curator, Janus Douza (1545-1604)
hij en zijn vrienden hielden zich bezig met het bestuderen en publiceren van Griekse en Latijnse erotische gedichten
men bewonderde de antieke liefdeslyriek b.v. van Ovidius, Theocritus, Catullus en de Neolatijnse poëten zoals Joannes Secundus (1511-1536), de auteur van “Basia”
Men ontwierp tijdens het gezelschapsspel tekeningen en gedichten waarin de geest van de Alexandrijnse poëzie leek te herleven.
een hoofdpersonage daarvan was Cupido
Men stelde hem in verschillende situaties voor om op deze manier lusten en lasten van de liefde te weerspiegelen.
De door hen geschapen motto's en epigrammen werden in de volkstaal geschreven (soms:een grappige toon die op Ovidius leek, soms: een klagende Petrarkistische toon)
Het belangrijkste onderwerp: de liefde
In de embleembundels: vaak een voorrede gericht meestal tot de vrouwelijke jeugd
in de emblemen werden er populaire opvattingen over liefde uitgedrukt
in het geval van de Nederlandse liefdesemblematiek kan men voor de eerste keer over hele series spreken die uitsluitend aan de liefde waren gewijd.
De innovatie en aantrekkelijkheid van deze bundels lag ook in hun fijnzinnige humor.
- in het eerste kwart van de 17e eeuw werden soms emblemata samen met liedboekjes uitgegeven
- Zulke verzamelingen gebruikte men als geschenkboekjes om de liefde van meisjes op te wekken of als gezelschapsboekjes die men samen kon lezen of zingen.
- het hoofdonderwerp van deze bundels: de aan de ene kant gevaarlijke en aan de andere kant onmisbare macht van Cupido, die harten en zielen van de mensen overheerste
De lezers maakten kennis met Venus, de godin van liefde, die gelijktijdig “voedster en vernielster” was.
Soms kregen de mensen ook adviezen hoe men een liefdesrelatie succesvol kon bereiken.
De minnaars vonden daar: de beschrijving van eigenschappen en gewoonten van Cupido en ook raadgevingen en waarschuwingen.
Daniël Heinsius
geboren in 1580 te Gent in een aanzienlijke familie
Zijn vader, Nicolaas Heins, werkte als griffier bij de Raad van Vlaanderen.
Hij voedde zijn zoon in de protestantse geest en onder invloed van het Erasmiaans humanisme op.
Daniël leerde al op jonge leeftijd de klassieke talen zoals Latijn en Grieks
Vanwege de moeilijke politieke situatie verhuisde hij met zijn familie naar Noord-Nederland
In het Noorden begon hij klassieke letteren te studeren, eerst in Franeker en daarna in Leiden
De eerste gepubliceerde werken van Heinsius geschreven in het Latijn
1602: het eerste werk De Secundo Bello Punico
Verder schreef hij in die tijd vooral Latijnse en Griekse gedichten, redevoeringen, tractaten en commentaren op klassieke schrijvers zoals b.v. Seneca, Terentius, Hesiodus of Vergilius
In Heinsius' amoreuze gedichten: verborgen een psychologisch conflict.
De liefde betekende voor de dichter vooral de bekoring van een vrouw van wie een man een slaaf was.
Deze twee wezens konden nooit verenigd worden.
De liefde bracht de dichter pijn en droevigheid. Maar haar tirannie wekte ook zijn drang om zichzelf te handhaven, daarom bracht ze hem naast smart ook vreugde.
Het onstaan van Het ambacht van Cupido
1601: het onstaan van de eerste Nederlandse liefdesembleembundel “Quaeris quid sit amor?” - “Wil je weten wat de liefde is?” (uitgave: Amsterdam)
In het begin: het onstaan van de collectie van 24 emblemen
Bij deze emblemata ontwierp de schilder Jacques de Gheyn de platen (ze werden voor het boek door een onbekende kunstenaar gegraveerd)
Zijn vriend Hugo Grotius schreef er Franse of Italiaanse motto's bij, of in sommige gevallen langere Latijnse sententies.
Nederlandse gedichten schreef uiteindelijk Daniël Heinsius maar deze naam van de dichter verscheen niet in het boek.
Het inleidende gedicht :
Aen de Ionckvrovwen van Hollandt ondertekend door Theocritus à Ganda - waarschijnlijk de schuilnaam van Daniël Heinsius
- De Griekse naam Theocritus is een vertaling van de Hebreeuwse naam Daniel
à Ganda betekent uit Gent
In de samenstelling: Daniel uit Gent
- Quaeris”-bundel: een groot succes (meermaals uitgegeven b.v de derde editie onder de titel Emblemata amatoria)
- in 1613 schreef Heinsius de tweede serie emblemen: Het ambacht van Cupido
- de embleemcollectie verscheen in een verzamelband met de titel Afbeeldingen van minne. Emblemta amatoria. Emblèmes d'amour, op een nieu oversien ende verbeetert door Theocritum a Ganda
- uitgever: Jacob Marcusz (Leiden)
De reeks bevatte 24 emblemen en werd achter de “Emblemata amatoria”-collectie geplaatst.
De titel “Het ambacht van Cupido”: herinnering aan de werken van Hercules en is met de manier van het afbeelden van Cupido verbonden.
De werkelijke activiteit van Cupido verscholen achter de voorstelling van verschillende handwerken en spelen (b.v. kuiper, timmerman, schilder, zaaier en ook aan't hoepelen, bal spelen, schaatsen e.a )
Een verschil tussen de Quaeris...-bundel en Het ambacht van Cupido:
ဪ De Quaeris...-bundel : eerst ontstonden de platen waarbij de dichter zijn versjes schreef, het initiatief ging dus uit van de tekenaar.
ဪ Het ambacht van Cupido: eerst schreef de poëet de gedichten en hij bepaalde zelf de onderwerpen van de platen.
De meeste Latijnse opschriften: geput uit de werken van Ovidius en zgn. Anthologia graeca - Griekse Anthologie (een verzameling van Griekse epigrammen die vooral uit de hellenistische tijd kwamen)
de picturae van de Gheyn: in ovale vorm gesneden
Aan elk Nederlands gedicht van Heinsius werd nog een distichon in het Latijn (de auteur: Petrus Scriverius) en een Frans kwatrijn togevoegd.
De tweede uitgave van Het ambacht van Cupido (1615)
Ondanks de populariteit van embleemcollectie werd Heinsius als auteur van de Nederlandse gedichten naar de achtergrond gedrongen.
Petrus Scriverius besloot dus op de persoon van de in het Nederlands schrijvende dichter nadruk te leggen (hem meer bekend bij het toenmalige publiek te maken)
Scriverius wilde het Nederlands als de in de literatuur dominerende taal propageren
Willem Jansz besloot twee uitgaven voor te bereiden - één uitsluitend met de emblemata en één met alle werken van Heinsius.
De eerste editie: waarschijnlijk in 1615
Uitgave in een octavo oblong formaat. Het was de eerste keer in de 17e eeuw dat men dit miniatuur formaat gebruikte.
Er ontstonden ook 51 nieuwe langwerpige platen waarvan er drie voor de nieuwe gedichten werden opgemaakt.
De auteurs van nieuwe gravures: Michel le Blon, Crispijn van de Passe en zijn twee zoons Crispijn Jr en Simon van de Passe
- Één jaar later, in 1616 publiceerde Willem Jansz Nederduytsche poemata: alle Nederlandse verzen van Heinsius, ook emblemata
Het Ambacht van Cupido (1615)
DE OPBOUW VAN HET WERK
De titelpagina
Het dichtwerk Aen de Ionckvrovwen van Hollandt - geschreven in het Nederlands, ondertekend door Theocritus á Ganda - een typische opdracht, gericht tot de jonge vrouwen uit Holland
De collectie van de 48 liefdesemblemen
Het gedicht ELEGIE, ofte Nacht - clachte
Het sterf-huys van Cupido - een gedicht
Het dichtwerk: BRUYLOF LIEDT
Het laatste dichtwerk De doot van Adonis
DE OPBOUW VAN ELK EMBLEEM
1.Op elke verso- pagina:
A) Het Latijnse motto
B) Daaronder een Latijns distichon
C) In het midden het epigram in het Nederlands
D) Het Franse kwatrijn
2. Op elke recto - pagina: uitsluitend de pictura