355 drlehonderd vi|fenvijftig
ZESENZEN/ENTIGSTE (76ste) LES
Humor op alie gebieden
!*-
Over diplomatie
1 Zoon : Vader, wat is een diplomaat ?
2 Vader : Een diplomaat, jongen, is een man
die zijn vrouw met een wasmachine tevreden (1) stelt, ais ze hem een nieuwe auto vraagt.
Bij de boer
3 Boer: Ik geloof dat het gaat regenen.
4 Damę : Naar uw melk te oordelen (2) heeft
het al geregend.
Een voorzichtige damę
5 Een dominee had opgemerkt, dat een oude damę altijd sliep terwijl hij preekte.
6 Maar ze bleef steeds goed wakker ais er een dominee uit (3) een andere stad kwam.
7 Op een dag vroeg hij de damę hoe dat te verklaren was. Ze antwoordde:
8 "Ik weet dat Gods (4) woord in uw mond veilig is,
UITSPRAAK
diEploomaa(t)slE
2 t:vrAYd:n ... als's: ... niEw: ootoo
3 rAYhg:n:n
4 oordAYI:n ... hg:rAYhg:nt
5 doomiEnAY
6 stAYts‘HGoet 8 mont "feil:HG
.
About diplomacy
1 Son: Father, what is a diplomat?
2 Father: A diplomat, boy, is a man who satisfies his
wite with a washing machinę when she asks him for a new car.
At the farmer s
3 Farmer: I believe it's going to rain.
4 Lady: Judging from your milk, it already has
rained.
A cautious lady
5 A minister had noticed that an elderly lady always slept while he was preaching.
6 But she always remained wide awake when a minister from another city came.
7 One day he asked the lady how this could be explained. She answered:
8 "I know God s word is safe in your mouth,
OPMERKINGEN
(1) Zich tevredenslellen met: to be content with. Daarmee stel ik me tevreden: l’m content with that. Tevreden zijn over to be satisfied with. Ik ben tevreden over hem: I m satistied with him. Ze is tevreden over het resultaat: She's satisfied with the result. Daarmee ben ik niet tevreden: I am not satisfied with that.
(2) Het oordeel: the judgement. Ik kan er niet over oordelen: I can t pass judgement on that.
(3) Uit: out, out of, originating from. Hij ging de stad uit: He went out of the city. Het vuur is uit The fire is out. Ze is uit Nederland. She s from Holland. Dat deed hij uit liefde iroor zijn irrouw: He did that from love for his wife.
(4) With personal or personified nouns a possessive is some-times formed by adding -s. Moeders hoed: mother s hat. Wijsheids stem: wisdom s voice. Vaders vrienden: father s friends. But the use of i/an is morę common: de hoed van moeder, de stem van de wijsheid, de vrienden van vader. No apostrophe is used except after a vowel or y. Oma s poes Grandma s cat. An apostrophe alone is used after words ending in s, x or z.
76“ LES