159 honderd negenerwljftig
5 — En is het goedkoper ?
6 — Vroeger wel, maar nu niet meer.
7 — Geeft u mij toch een retour, 't isgemak-
kelijker. _
8 Van welk spoor vertrekt de trein ? *
9 — Van spoor 7 (3), perron 4.
10 - Moet ik in Antwerpen overstappen (4) ?
11 — Ja, maar u hoeftdaar niet langtewachten :
12 u komt om 10 uur aan (5) en u heeft een aansluiting (6) vijf minuten later.
13 — Zal ik die niet missen ?
14 — Nee, u haalt (7) die zeker, de trein naar ^
Antwerpen heeft nooit vertraging.
15 — Dank u wel.
16 — He ! meneer ! u vergeet uw kaartje ! j
honderd zastig 160
5 — And is it cheaper?
6 — It used to be. but not any morę.
7 — Give me a return [ticketj anyway, it’s easier.
8 From which track does the train leave?
9 — From track 7, platform 4.
10 — Must I transfer in Antwerp?
11 — Yes, but you don't have to wait there very long.
five minutes later.
13 — Won't I miss it?
14 — No, youll be surę to get it. the train to Antwerp is
never late (never has a slowdown).
15 — Thank you very much.
16 — Hey! Sir! You're forgetting your ticket!
UITSPRAAK
5 is':t‘HGoetkoop.r 9 perron 10 oov:rstapp:n 14 nooiEt "f:rtraahging
Neuter nouns: .
?3)"p"™S: spoorweg. railway: «o«WW -»»««> *— (4) A wmpound verb. We sleppen in Rotterdam over We trans-
men You ll arrive too late. De aankomst. the arrival.
(6) Aansluiting: connection; aansluiten. to connect,‘o U£aan
7 Halen can have several meamngs. Ik moet de *'"deJenJea% halon I must qo qet the children. Hi haalde een aoosie un zhnzak Tletook a Mttle box from h,s Pocket Kunnen-w./ de trein van drie uur nog halen?: Can we still get the three o’clock train?
it kaartje. het spoor. het perron.
Are you reviewing the het’ words regularly? You could make a list of neuter words and update it at the end of aach lesson. Always keep it handy and read it over wheneuer you have a moment to spare.
38*“ LES