399 driehonderd negenennegenlig
hij om drie uur zal vertrekken (vertrekken zal).
If the subordinate clause contains a conjugation of one of the verbs listed above, a past participle, and an infinitive, the following is also acceptable: participle, conjugated verb, infinitive. Ik denk dat die tekst moet vertaald wor-den (vertaald moet worden). Ik denk dat het boek niet meer kan gekocht worden (gekocht kan worden).
The alternate constructions, although less common, are allowable for emphasis. variety or to improve the sound of the sentence.
2. — Emphatic and Reflexive Pronouns — In English there is a separate pronoun for each person and number which is used both emphatically and reflexively: myself, yourself, itself, herself. himself, ourselves, yourselves, themselves. In Dutch there is only one emphatic pronoun, zelf. which is used for all persons in singular and plural Ik doe het zelf. I do it myself. U doet het zelf: You do it yourself- Hij doet het zelf: He does it himself. Wij doen het zelf: We do it ourselves. And so forth. The reflexive pronouns in Dutch are z ich, u, me and ons. Hij wast zich He washes himself. Zij wassen zich: They wash them-selves U moet u wassen: You must wash yourself/your-selves. (U moet zich wassen, may also be said). Ik was me: I wash myself. Wij wassen ons: We wash ourselves. The reflexive and emphatic pronouns can also be combin-ed. Ik was mezelf. Hij wast zichzelf. This meaning is usually indicated in English by emphasizing self'. I wash myself. He washes himself himself, is possible, but sounds rather strange!
3. — Plural Forms of Nouns — Some nouns ending in -man, especially if they refer to professions. have -lui or -lieden in the plural rather than -mannen. De werkman (workman), de werklui, de werklieden; de zeeman (sail-or), de zeelui, de zeelieden: de timmerman (carpenter). de timmerlui, de timmerlieden; de koopman (merchant). de kooplui, de kooplieden. This does not apply to nation-alities. De Fransman, de Fransen; de Engelsman, de Engel sen.
4. — Enige — As an adjective -e is added according to the generał rule. Een enig kind: an only child. De enige reden: the only reason. As a pronoun -en is added when used alone denoting persons. Enigen zijn te laat geko-men: Some came too late. Ik heb veel vrienden, maar ik kan er maar op enigen rekenen. Ik weet dat je van die platen houdt, ik heb er enige meegebracht. The same applies to enkele (a few), sommige (some), alle (all), vele (many), weinige (few), beide (both). Ze zitten beiden in dezellde klas: They are both in the same grade. Die boeken zijn heel mooi, ik zal beide nemen: Those books are very beautiful; I II take both [of them].
5. Uitdrukkingen. — 1 .Zehebben nieteensgeantwoord.
— 2 Kent u iets op dat gebied ? - 3 Ik moet naar het juiste adres informeren. — 4 Het blijkt dat ze gelijk had.
— 5 Dat is een uitzondering op de regel. -6 We moeten dikwijls overuren maken. — 7 Ze zullen andere maatregelen nemen. — 8 Hij wil van zijn geld genieten.
— 9 Ze zullen een jaar of drie weg zijn. — 10 Aange-naam kennis met u te maken. — 11 We gaan dadelijk op weg. — 12 ledereen was het eens met mij. — 13 Ter plaatse zullen we een wagen huren. - 14 Dat huis is nu te huur/te koop. — 15 Ze zijn maar anderhaif uur gebleven. — 16 Ik verheug mij over uw resultaat. — 17 Mag ik zo vrij zijn u te storen ? — 18 Ze wandelen door de straten.
6. — Vertaling — 1 They haven't even answered. - 2 Do you know anything in that area? - 3 I must inquire about the right address. - 4 It appears that she was right. - 5 That is an exception to the rule. - 6. We must often work overtime. - 7 They will take other measures. 8 He wants to enjoy his money. - 9 They will be away for about three years. - 10 lt's a pleasure to make your acquaintance. - 11 We'll start out immediately. -12 Everyone agreed with me. — 13 We will hire a car locally. - 14 That house is now for rent / for sale. -
84"* LES